De ondernemingsraad als spil in het arbobeleid
De ondernemingsraad (OR) speelt een centrale rol bij de inrichting van een goed arbeidsomstandighedenbeleid. Dat blijkt duidelijk uit de wettelijke bepalingen over de ‘bijstand’ aan de werkgever bij de uitvoering van zijn arboverplichtingen. Deze bijstand komt van deskundige werknemers of externe deskundigen, maar de manier waarop die worden gekozen en ingezet, mag de werkgever niet eenzijdig bepalen. De ondernemingsraad heeft namelijk instemmingsrecht als het gaat om de selectie en positionering van deze deskundigen.
Die instemming is meer dan een formaliteit. Het zorgt ervoor dat de OR invloed uitoefent op de kwaliteit en onafhankelijkheid van het arbo-advies. Artikel 27 van de Wet op de ondernemingsraden is hierbij van overeenkomstige toepassing, wat betekent dat de OR ook advies- en instemmingsrechten heeft zoals bij andere belangrijke besluiten.
Instemming vereist bij inzet deskundige werknemers
De wet bepaalt dat, als er in het bedrijf een ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging is ingesteld, de werkgever hun instemming nodig heeft bij de keuze en positionering van de deskundige werknemer die de werkgever bijstaat. Dit versterkt de medezeggenschap aanzienlijk. De OR kijkt immers kritisch mee naar wie deze gevoelige en belangrijke taak op zich neemt, en of die persoon voldoende onafhankelijk is van het management.
Lukt het niet om binnen de organisatie voldoende deskundigheid te vinden? Dan mag de werkgever externe deskundigen inschakelen. Maar ook dan behoudt de OR invloed. Want de wet verplicht dat deze deskundigen onafhankelijk en zelfstandig moeten kunnen werken, en daarbij medewerking verlenen aan de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E), het arbobeleid, en de uitvoering van de nodige maatregelen.
Samenwerken aan een veilig en gezond bedrijf
De bijstand door deskundigen is breed van opzet. Zij moeten onder andere:
- helpen bij het opstellen van de RI&E;
- adviseren over arbo-maatregelen;
- samenwerken met de OR bij het verbeteren van arbeidsomstandigheden;
- bijdragen aan de uitvoering van deze maatregelen.
De ondernemingsraad moet hierbij nauw betrokken worden. Niet alleen krijgt de OR advies, hij wordt actief betrokken bij de inhoud en de uitvoering van het beleid. Dat maakt het werk van de OR niet alleen belangrijk, maar ook bepalend voor het succes van het arbobeleid.
Waarborg voor onafhankelijkheid en bescherming
Een andere belangrijke bepaling is dat deskundige werknemers hun taak onafhankelijk en zonder benadeling moeten kunnen uitvoeren. De werkgever mag hen dus niet onder druk zetten of hen op enige manier straffen voor hun onafhankelijke optreden. Dit waarborgt de integriteit van het arbobeleid en beschermt werknemers die zich inzetten voor de veiligheid van collega’s. Ook hier geldt een bepaling uit de Wet op de ondernemingsraden: artikel 21 beschermt OR-leden tegen benadeling, en die bescherming strekt zich ook uit tot deze deskundigen.
Wat betekent dit concreet voor de ondernemingsraad?
- De OR moet betrokken worden bij het aanwijzen van interne arbo-deskundigen.
- De OR moet toezien op hun onafhankelijkheid en deskundigheid.
- De OR moet een actieve rol spelen bij het opstellen en beoordelen van de RI&E.
- De OR moet samenwerken met deskundigen bij het uitvoeren van het arbobeleid.
Kortom: de OR is geen toeschouwer, maar een volwaardige partner in het vormgeven van een veilige en gezonde werkomgeving.
Extra mogelijkheden voor kleine werkgevers
Voor kleine werkgevers (met maximaal 25 werknemers) biedt de wet een uitzondering: de werkgever of directeur mag zelf optreden als deskundige, mits hij over voldoende kennis en ervaring beschikt. Maar ook dan geldt dat de OR of personeelsvertegenwoordiging betrokken moet blijven bij het proces. Zeker als er twijfel is over de deskundigheid van de werkgever, kan de OR hierop ingrijpen.
Versterk je kennis: volg een cursus over arbobeleid en medezeggenschap
Wil je als OR-lid beter voorbereid zijn op je rol binnen het arbobeleid? Dan is de cursus ‘Arbo Ondernemingsraad’ op collegevoormedezeggenschap.nl een aanrader. Deze cursus leert je hoe je effectief samenwerkt met arbodeskundigen en hoe je je wettelijke rechten benut om invloed uit te oefenen op het beleid binnen jouw organisatie.
De rol van de OR is niet vrijblijvend
De wetgever heeft de OR een duidelijke taak en bevoegdheid gegeven. De OR moet deze rol serieus nemen en zich niet afwachtend opstellen. Bij twijfel over de deskundigheid, onafhankelijkheid of positionering van bijstandsverleners moet de OR aan de bel trekken. En als de werkgever externe deskundigen wil inschakelen, moet de OR erop toezien dat deze mensen voldoende onafhankelijk zijn.
Een goed arbobeleid begint bij samenwerking en wederzijds vertrouwen. Maar zonder een kritische en actieve OR verliest het beleid aan kracht en effect. Daarom is het van belang dat de OR zijn rol kent, opkomt voor zijn rechten en altijd handelt in het belang van veilige en gezonde arbeidsomstandigheden voor alle werknemers.